DE STRATEGISCHE MODELPORTEFEUILLE
Voorbericht met Laatste Stand van Zaken – 2e hj
2021 |
Algemeen
De vaste lezer van mijn columns kent inmiddels wel “de
barometerstand”, ook al verkeert de day of reckoning
vooralsnog in nevelen. Deze leek zich aanvankelijk aan
te dienen bij de val van Lehman in 2008 maar werd
destijds via een buitengewone krachtsinspanning door de
Fed met het Amerikaanse ministerie van Financiën
afgewend, waartoe werkelijk alle “onoirbare” middelen
geheiligd waren. Als antwoord op een definitieve
koopkrachtomslag bleek de Strategische Portefeuille meer
dan opportuun.
Doordat de banken het krediet als vliegwiel van de
economie om zeep hadden geholpen, probeerden de centrale
banken dat euvel middels reddingsoperaties,
geldverruiming (QE) etc. te bestrijden. Daartoe dienden
lagere rentes, opkoop van staatsleningen (met afnemende
risicopercepties tot gevolg) en voorts
“geminimaliseerde” edelmetaalbeprijzing ter
ondersteuning van het vertrouwen in de dollar. Dit na
opnieuw een bijzonder wankel moment in augustus 2011. Na
deze ingrepen liet de sinds 2009 virale Strategische
Modelportefeuille aanvankelijk een dalend patroon zien.
Bij een omslag destijds zou het beeld precies omgekeerd
zijn geweest. Gezien de ongekend grote schuldcreatie
staat thans een veel omvangrijkere monetaire crisis
afgetekend ‘in the cards’, met dito gevolgen!
Ondanks alle onzekerheid zoals de geostrategische en
handelsrelatie V.S. – China en de Fed die de controle
kwijt is, verkeren de beurzen nog altijd “in hogere
sferen”en lijkt er aan deze langste bull run aller
tijden nog geen eind te komen. Dat heeft sterk te maken
met de volstrekt zoek gespeelde risico- perceptie als
gevolg van de ultra lage rente. Hiermee werd de facto
reeds aangegeven dat de waarde van het fiatgeld, waarvan
de rente de prijs representeert, reeds tot nul was
afgeschreven. Dus anderzijds: waar moet dan het geld bij
een dergelijke rentestand heen? Naar die sectoren die
het marktvertrouwen in stand dienen te houden en juist
niet naar edelmetaal als barometer van het monetaire
systeem! Het is om die reden dat het edelmetaal op de
“papieren” futuresmarkt COMEX consequent “naar beneden
diende te worden bijgestuurd”. Dit valt temeer op nu de
commodities als gevolg van de opkomende inflatie sterk
in prijs zijn gestegen en bijdragen tot nieuwe inflatie.
Bij de verruiming van de kapitaalmarkt (Modern Monetary
Theory - MMT*) begon “het geloof” steeds meer post te
vatten dat er geen grenzen meer aan de schuldgroei
kleven en centrale banken zich in feite weinig zorg
hoeven te maken over een afnemend vertrouwen in het
functioneren van de huidige financiële markten. Echter,
met name de leading centrale banken als de Fed alsook de
ECB zien een ongekend gigantisch grote donkere bui
hangen, nu ze hun belangrijkste “speeltje”, in casu het
rente- instrument hebben verspeeld. De angst voor een
toenemende inflatie is groot zonder dat dit instrument
nog kan worden ingezet op straffe van een fors dalende
beurs en dito vastgoedmarkt. Voorts is het afwachten wat
de economie gaat doen wanneer de coronasteunmaatregelen
verder worden afgebouwd. Dat zelfde geldt voor de afbouw
van de centrale bankopkoopprogramma ’s. Zou de
economische groei nog enigszins gelijke tred met de
schuldgroei kunnen houden dan zou daarmee nog enig
“uitstel van executie” kunnen worden bewerkstelligd.
Echter, deze verhouding is volslagen ‘out of sync’
geslagen nu de mondiale schuld op een factor van ruim
drie van het mondiale BBP is komen te liggen. Hier is
sprake van een volstrekt onherstelbare miss match!
- MMT impliceert een
niet langer aan inkomsten gebonden uitgavenpatroon;
in een dergelijke situatie behoeft een regering geen
belastingen te verhogen en kan geld blijven lenen
tegen een ultra laag rentetarief, met de geldpers
altijd achter de hand.
Onderwijl dreigen de midden- en lagere
sociale klassen buiten de boot te vallen. Zie hieronder
de inkomensontwikkeling tussen het top 5%
inkomenssegment en het 50% middensegment die reeds in
2018 in de Washington Post stond afgedrukt, zonder dat
hiermee intussen ook maar iets is gedaan. |
|
De top 5% zit op een stijging van boven 50%
terwijl de rest sinds 1973 (!) neerkijkt op een daling
van 4.6%. Deze grafiek is al lang niet actueel meer en
draagt intussen cijfers van 57% plus en ca. 6% min.
De aanhoudende inkomensongelijkheid ook bij een matig
groeiende economie vormt op enige termijn een
voedingsbodem tot sociale onrust, tenzij hieraan middels
verhoging van lonen en uitkeringen tegemoet wordt
gekomen. Dat lost evenwel niets op want daarmee zijn we
terug bij de loon/prijsspiraal van de jaren ’70 die
destijds middels een ongekend hoge renteopslag
ternauwernood kon worden bedwongen. In 1980 werd de
Federal Fund Rate – het stuurmechanisme van de Fed –
opgeschroefd naar 22,25%! De beurzen alsmede de
vastgoedmarkten stortten dramatisch in. Een dergelijke
ingreep is nu gezien de nog nooit eerder vertoonde
schuldhoogte en de onverminderd sterke aangroei ervan
ondenkbaar geworden. Kortom, het scenario van een
gevreesde hyperinflatie ligt hiermee ‘in the cards’, ook
al wordt zulks door de centrale bankiers sterk ontkend!
Mede gegeven de nog altijd verstoorde productie- en
distributielijnen als gevolg van corona wordt gegokt op
een tijdelijk inflatie effect maar deze wens lijkt
steeds verder van de vader weg te glijden. De meeste
mensen zijn voor het levensonderhoud puur afhankelijk
van hun inkomen (later pensioen) en anticiperen daarbij
op een soortgelijke koopkracht in de toekomst. Intussen
blijkt ruim 40% van de Amerikaanse bevolking niet (meer)
op vakantie te kunnen. Over de toekomstige koopkracht
worden vanuit de centrale bank noch regering concrete
uitspraken gedaan. Echter, naarmate die toekomst een
ongewisser beeld krijgt, zal dat de rust in de
samenleving niet ten goede komen. Om die reden zijn er
meerdere steunprogramma ’s ontwikkeld die slechts
bijdragen tot de vergroting van dat vermaledijde steeds
verder uitgegroeide en uitgroeiende begrotingstekort.
Daartoe dient in de V.S. in oktober a.s. het
schuldplafond te worden verhoogd. Als die “hete
aardappel” in het Congres dan niet wordt doorgeslikt,
verkeert de V.S. formeel in staat van faillissement. Met
een eventuele ophoging van het schuldplafond wordt de
schuldschepping weer “nieuwe kansen” geboden, zonder
enige inschatting te kunnen maken op navenant hogere
inkomsten en/of inflatie!
Gelet op het behoud van koopkracht als belangrijkste
economische overlevingsprioriteit is het zaak hierop zo
goed mogelijk voorbereid en ingespeeld te zijn waarbij
de basisbehoeften als water, (duurzaam) voedsel,
(groene) energie, grondstoffen én edelmetaal
(koopkracht!) buiten een dak boven het hoofd de basis
vormen. Ons huis wordt tegen brand, inbraak en
stormschade verzekerd maar een adequate verzekering
tegen toekomstig koopkrachtverlies bestaat er niet. Dat
gaat direct onze lifestyle, onze sociale voorzieningen
en pensioen aan! Toekomstige uitkeringen of een door
koopkracht “uitgewoond “ pensioen helpen je dan geen
steek verder. Juist om deze reden heeft de Strategische
ModelPortefeuille een basisfunctie als “polis” tegen
toekomstig koopkrachtverlies!
NB. Voor een compleet en gedetailleerd beeld per sector
leest u alles in de Portefeuille. De Portefeuille vraagt
geen groot kapitaalbeslag en is geschikt voor zowel
kleinere als ook grotere (professionele) beleggers. De
Portefeuille is zodanig ingericht dat alle facetten van
behoeftevoorziening en liquiditeit hierin voorzien. Voor
zover men reeds over een beleggingsportefeuille
beschikt, verdient het aanbeveling deze kritisch tegen
het licht van de Strategische Modelportefeuille te
houden. Bij twijfel of onzekerheid staat altijd een
kosteloos consult ten dienste.
Volgens de Wall Street Journal staat intussen ruim 64%
van alle bedrijfsschuld van bedrijven in de Russell 2000
genoteerd als ‘junk’. Niettemin staan de koersen op een
all-time high. De belegger betaalt gemiddeld niet alleen
een te hoge prijs voor de toekomstige winst maar
tegelijk ook een te hoge prijs voor de ‘net assets’
(vermogen minus schuld)! Daarbij in aanmerking genomen
dat de netto koopkracht (inkomen minus inflatie) de
laatste decennia de facto stagnerend is geweest.
Volgens Weiss Research zou de totale Amerikaanse
‘corporate debt’ intussen uitkomen op een niveau van
ruim $18 biljoen tegen een BBP van bijna 24 biljoen
ofwel een bestanddeel van 75%. Veel geleend geld is
opgegaan aan de opkoop van eigen aandelen om de koers te
stimuleren, waarmee tevens het bestuur is gediend. Ook
dit is een ongehoorde ontwikkeling die zich in het
verleden op deze schaal nooit heeft voorgedaan. Als de
rente stijgt, zullen er ongetwijfeld vele slachtoffers
vallen.
Uit onderzoek van Deutsche Bank blijkt de schuld/BBP
verhouding mondiaal steeds verder uit het lood te
schieten, met verreweg de grootste excessen binnen de
Angelsaksische (sociaal/cultureel meer opportunistisch
ingestelde) gemeenschappen. Verrassend daarbij is dat
niet de V.S. leader of this pack blijkt te zijn maar
buurman Canada gevolgd door Japan. Dit was het beeld
anno 2020 en zal intussen gegeven de coronamaatregelen
ongetwijfeld een nog “fraaier” aanzien hebben gekregen. |
|
Gezien de
sterk internationale handelsverbondenheid zal bij een
krach het huidige mondiale monetaire systeem naar
verwachting met één ruk omver gaan. Dit kan zelfs
overnight plaats vinden! |
|
De schuldhoogte in de V.S. anno 2020 lag op
nagenoeg het zelfde peil als kort na WO II na de enorme
oorlogsinspanningen. Gezien de huidige stand van zaken
zal een verdere weg omhoog “de enige uitweg” blijken te
zijn. Daarmee zal de koopkracht nog verder verwateren en
tevens leiden tot een soortgelijke verwatering van de
uitstaande schulden. Een ontwikkeling waarbij in het
verleden zonder één uitzondering alle voorgaande
“papieren” muntsoorten het loodje hebben moeten leggen.
Kortom, er blijken uit het verleden nooit monetaire
lessen te zijn getrokken, omdat de politieke wil daartoe
(met opzet?) afwezig was!
Andere indicatoren
De door Dr. Robert Shiller, Nobelprijs laureaat 2013,
ontwikkelde CAPE Ratio (Cyclically Adjusted Price-to
Earnings Ratio) gemeten vanaf 2010 vertoont wederom een
sterk stijgende tendens, zoals deze zich bijvoorbeeld
ook voordeed in de aanloop van de tech wreck in 2000/01.
De toenmalige Fed president Alan Greenspan sprak 3 jaar
daarvoor al van een ‘irrational exuberance’, die
aanvankelijk slechts voor kennisgeving werd aangenomen.
|
|
Het meest beangstigende element bij de
huidige koershoogte is dat de beurs sinds de crash in
2008/9 niet langer economisch maar continu puur
technisch monetair wordt gedreven. Het meest pregnante
onderdeel hiervan betreft uiteraard de ongekende
geldmarktverruiming en de daarmee samenhangende extreem
lage rente, die de beleidsruimte van de centrale banken
als de Fed, ECB, BoJ en BoE c.s. hebben doen verdampen.
Voorts “zwerven” daar de biljoenen aan “stille”
derivaten (afgeleide producten), door Warren Buffett
omschreven als financial weapons of mass destruction,
die geheel naar de achtergrond zijn gedrongen, maar bij
significante marktspanningen als een enorme katalysator
kunnen fungeren.
Een graadmeter die nauwelijks nog wordt gevolgd, is de
snelheid van het geld in omloop die al lange tijd een
consequent een “nogal” dalende trend laat zien. Naarmate
de omloopsnelheid daalt, neemt de economische activiteit
af. Ondanks alle verwoede pogingen om de economische
groei te stimuleren, blijkt hiervan nog altijd bitter
weinig. |
|
Terugblik
De voorgaande ontwikkelingen zijn uiteindelijk terug te
voeren tot de historische datum van 15 augustus 1971
toen ‘tricky Dick’ Nixon - ‘I’m not a crook’ - de dollar
liet loskoppelen van het goud (“tijdelijk” zei hij er
nadrukkelijk bij) om daarmee ruim baan te maken voor een
schuldcreatie zonder weerga. Op die datum In New York
verblijvend heb ik Nixon op dat moment ‘life’ kunnen
aanschouwen, zonder destijds nog de consequenties van
deze beslissing te hebben kunnen overzien . |
|
Hij motiveerde deze beslissing met: ‘to
defend the dollar against the shadowy and intangible
money speculators by removing its convertibility’, een
uitspraak die er niet om “loog” maar buitengewoon
leugenachtig was en bleek. Even treffend waren z’n
woorden: ‘I’ll promise you that the dollar will be as
good as gold’. Hij moest daarbij wel even met z’n ogen
knipperen.
In die tijd besefte nagenoeg niemand wat de vergaande
gevolgen zouden zijn van dit NOOIT meer teruggedraaide
besluit. Nauwelijks was er een econoom die er op wees
dat hiermee de poorten open zouden gaan voor een
ongelimiteerde bijdruk van dollars, met een welhaast
ongedachte “gratis” import (olie!) tot gevolg. De dollar
was immers de reservemunt. De V.S. “kampte” vervolgens
decennia lang met tekorten op de handelsbalans zonder
dat er een sterveling om maalde.
Buiten de oprichting van de Federal Reserve Board in
1913 als quasi centrale bank die steeds meer als
“regisseur” van de mondiale monetaire markt optrad en de
huidige fatale ontwikkelingen heeft gefaciliteerd, bleek
de ontkoppeling van de dollar/goud relatie de meest
evidente miskleun te zijn geweest. Het grootste
“schuldcomplex” aller tijden dat hiervan het gevolg is
(zie chart beneden), zal niet anders dan tot de zwaarste
economische crisis aller tijden leiden!
Het onvoorstelbare gevolg: bij een Dow stand van ca.
1.000 punten en een goudprijs van $35 per ounce op de
dag van de ontkoppeling in 1971 zou je de Dow destijds
voor een slordige 29 ounces hebben kunnen kopen. Thans
op een Dow stand van bijna 35.000 punten (all-time high)
en goud intussen op een sterk gemanipuleerd niveau rond
$1.750 per ounce zou je “slechts” iets meer dan 19
ounces hoeven neer te leggen. Over koopkracht gesproken!
Kortom, had je sinds die tijd nooit iets anders gedaan
dan goud hebben bezeten dan zou je thans bij wijze van
spreken ruwweg bijna anderhalf maal de Dow “op zak”
hebben gehad. En dit ondanks de niet aflatende
manipulaties! Een uitspraak die in 1971 voor volstrekt
ondenkbaar zou zijn gehouden. Gegeven de uitstaande
uitzinnig hoge schulden zijn er ramingen gemaakt omtrent
de hoogte van de goudprijs bij een nieuwe fixing. Deze
ramingen lopen uiteen van $10.000 - $25.000 of meer.
Zelfs een fixing op $5.000 zou voor de have nots reeds
tot dramatische gevolgen leiden!
De huizenhoge schuld als zwaard
van Damocles |
|
De bovenstaande chart heeft op “eenzame
hoogte” in mijn columns gestaan, er op duidend dat we
hier te maken hebben met een fenomeen dat nooit eerder
is vertoond: een ongebreidelde en steeds snellere
aangroei van de staatsschuld!
De schuldgroei vormt niet alleen voor de V.S. de
allergrootste bedreiging maar voor de gehele financiële
wereld en de wereldeconomie. Deze ontwikkeling is al
dermate lang gaande dat die uit zicht dreigt te raken.
Als “heilige graal” blijft de economische groei centraal
in beeld staan, terwijl deze NOOIT meer in staat zal
zijn om “het vlekje” van de schuldgroei te kunnen
wegwerken. Deze almaar aangroeiende schuld zou niet
alleen tot “ernstig nadenken” moeten stemmen, maar
vooral de kiem tot een sterk wantrouwen dienen te baren!
Waarom gebeurt dat dan niet? Van alle tijden is dat er
van een aanstormende ramp van ongekende afmetingen
“gemakshalve” wordt weggekeken (normalcy bias)! Dit gold
tot voor kort ook het klimaat alsmede de afbraak van
onze biodiversiteit. En nóg zijn er partijen die spreken
van ‘klimaatgeklets”, niet alleen in Nederland! De
schuldgroei werd de afgelopen jaren weliswaar enigszins
getemperd door de rente aldoor neerwaarts bij te
stellen, ook al was deze bedoeld om de economie te
stimuleren. Wanneer de koersen van de langer lopende
leningen stijgen, resulteert dat in een negatieve yield
of opbrengst. In het verleden wees een dergelijke
ontwikkeling op een recessie als gevolg van een
verhoging van de korte rente om een dreigend
inflatiegevaar te neutraliseren. Bij een neerwaartse
“bijsturing” van de korte rente is dat juist niet aan de
orde. Daarmee hebben de centrale banken met de Fed
voorop dit wapen volledig uit handen gegeven, zoals
boven staat aangeduid. Als gevolg van de gestegen vraag,
vooral door de opkoop van centrale banken van langer
lopend staatspapier stijgen de koersen weliswaar maar
tegelijkertijd daalt de yield gezien de geringere
renteopbrengst. We spreken dan van een ongezonde zgn.
inverse yield curve.
|
|
Een inverse of negative yield curve duidt
op een ontwikkeling, waarbij een langere termijn
schuldinstrument als bijv. de Amerikaanse Treasury een
lagere yield (opbrengst) laat zien dan een kortere
termijnschuld. Een soortgelijk verschijnsel zien we ook
op de COMEX futures beurs waar goud en zilver tegen een
lagere futuresprijs worden verhandeld dan de dagprijs op
de LBMA (London Bullion Metals Exchange), zgn.
backwardation tegen forwardation ofwel de omgekeerde
wereld!
Gezien de neerwaartse rente-ingrepen is dit fenomeen een
veel minder betrouwbare recessie indicator gebleken.
Zolang de schuldgroei niet afneemt (daarop is geen enkel
uitzicht!), zal er aan deze ontwikkeling geen einde
komen. Tegelijk geldt deze ontwikkeling als een
regelrechte depressie-indicator met stagflatie
(stagnerende groei in combinatie met een toenemende
inflatie) als meest kenmerkende eigenschap.
Nergens beter dan in China en Rusland worden
bovengeschetste ontwikkelingen zo nadrukkelijk
onderkend. Niet voor niets blijken deze twee landen de
grootste en meest actieve partijen op de edelmetaalmarkt
te zijn, terwijl ze ook de grootste producenten zijn.
Met een voorzichtig getaxeerde voorraad van ca. 2.500
ton in Rusland en wellicht het tienvoudige hiervan in
China (taxatie GoldBullion in 2021) is men in die landen
redelijk goed gepositioneerd en geprepareerd op
toekomstige monetaire “ontwikkelingen”. Deze landen
kunnen zich een relatief hogere schuldquote permitteren
dan vele Westerse landen met minder goud “in huis”.
E.e.a. impliceert dat hiermee het machtsepicentrum zich
oostwaarts zal gaan bewegen.
De meeste Europese landen blijken intussen tegen een
hogere schuldquote (staatsschuld vs. BBP) aan te hikken
dan bij de opzet van de Europese Monetaire Unie (EMU)
was vastgelegd in de Akkoorden van Maastricht (1991). De
overeengekomen maximale schuldquote is weliswaar
vastgesteld op niet meer 60% van het BBP maar deze bleek
voor Duitsland na de eenwording in oktober 1990 al snel
niet haalbaar en werd ras overschreden. Een slecht
voorbeeld voor de andere EMU deelnemers nadat de hierop
rustende sancties in de vorm van boetes niet werden
opgelegd, vanwege het kostenplaatje van de samensmelting
met een destijds totaal “obsoleet” Oost-Duitsland.
Zo zijn er nu diverse landen in Europa met een
aanzienlijk hogere schuldquote dan oorspronkelijk was
overeengekomen, waarbij de grens van 95% als zeer
kritisch wordt beschouwd. De vraag is of deze quote
ueberhaupt nog weer het niveau van 60% zal weten te
bereiken, vooral tegen de achtergrond van de relatief
trage economische groei. Daarbij komt dat In de
zuidelijke landen de groei bovendien in sterke mate met
schuld wordt gefinancierd. Nederland en Duitsland (niet
opgenomen) met een huidige quote beneden 60% steken
hierbij gunstig af (overigens ten koste van
overheidstaken als de zorg, onderwijs, defensie en
justitie en voor Duitsland ook geldend voor de
infrastructuur). Volgens onderstaande chart van het
Duitse statistiekbureau Statista blijken de grootste
pijnpunten zich in onderstaande landen te bevinden.
|
|
Het zorglijke is bovendien dat een groot
deel van deze schulden middels de aankoop van
(staats)schuldpapier door de ECB in Frankfurt geparkeerd
staat. Weliswaar was de ECB aanvankelijk voornemens deze
aankoop af te bouwen maar waarschijnlijker is dat de ECB
dit beleid niet of nauwelijks kan wijzigen op straffe
van rentestijgingen in de zuidelijke landen. Kortom, ook
een ontwikkeling zonder een wezenlijk positief
perspectief.
Conclusie
Samenvattend mogen we vaststellen dat de toekomst nog
nooit om zoveel financiële aandacht heeft gevraagd als
in deze fase van monetaire “verwildering”. Het is
onverminderd de hoogste tijd om de ‘normalcy bias’
vaarwel te zeggen en terug te keren tot een ‘back to
basics mindset’, waar het onder cruciale omstandigheden
de facto altijd om gaat!
Op grond hiervan vervult de Strategische
Modelportefeuille een uiterst zinvolle overweging om
straks niet verrast te worden door een onontkoombare en
onoverzienbare koopkrachtdaling. Dit impliceert
overigens niet direct te moeten instappen maar vooral
eerst de beurskrach af te wachten, behalve waar het gaat
om edelmetaal (zie noot beneden).
Terzijde: op verzoek van een aantal high net
worth investors in 2014 is buiten de bestaande sectoren
in de Portefeuille ook gekeken naar de mogelijkheid van
een niet-beurs gerelateerd kwalitatief hoogwaardig
alternatief. Als voorwaarden golden een uniek
investeringsconcept, langjarig solide track record, een
bovengemiddeld gunstige opbrengst/risico verhouding,
geen management fees en niet minder belangrijk:
bovengemiddelde resultaten. Na ruim 7 jaar ervaring met
dit fonds heeft dat de investeerders geen windeieren
gelegd. Dit “alternatief” geldt als supplement in de
Portefeuille.
Intussen heeft onderhavig fonds zich vooral gericht op
de energietransitie en is met een eigen revolutionaire
vinding middels een 50/50 joint-venture in zee gegaan
met de Gasunie, met als inzet de productie en
distributie van waterstof, groen gas en syngas als
welkome aanvulling op de thans ontstane tekorten.
Hierbij zal een aanzienlijk aandeel CO2 uit te atmosfeer
worden onttrokken! Arcelor Mittal ziet hierin ook een
belangrijke stap om tot de productie van “groen staal”
te komen en daarmee haar wereldwijde continuïteit te
waarborgen. De minimum investeringshoogte zal in
principe vanaf 1 oktober a.s. worden verhoogd van
€100.000 naar €500.000 voor de volgende tranches II en
III.
Noot: edelmetaal als koopkrachtdrager is in de
Portefeuille een aanzienlijke rol toebedeeld. De nadruk
is hierbij niet alleen komen te liggen op de ultieme
veiligheid als koopkrachtdrager, maar ook op de
veiligheid van aankoop en bezit in meerdere vormen.
Zoals bekend wordt edelmetaal door diverse partijen
aangeboden, maar niet altijd wordt de veiligheid van
aankoop en bezit gewaarborgd. Gezien de permanente
prijsmanipulaties is het edelmetaal afgezet tegen de
huidige mondiale schuldhoogte daarentegen nog nooit zo
goedkoop geweest!
Robert Broncel
Copyright, 30 september 2021 |
|
|
|
Homepage | De Markt |
Columns | Quotes| Archives
| Private Equity
| Aanmelden | Contact |
|
|
Disclaimer Portefeuille
Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent.
Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend.
Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.
2021 ©
Robert Broncel
|
|