Header

Columns 2017

2016

2015 2014

2013

2012

2011

2010

2009

2008

2007

2006

2005

2004

Voorbericht bij DE STRATEGISCHE MODELPORTEFEUILLE 2017

(januari 2017)

 

De vaste lezer van mijn columns weet intussen wel hoe laat het is, ook al verkeert de day of reckoning vooralsnog in nevelen.  Deze leek zich al aan te dienen na de val van Lehman in 2008 maar werd toen met een buitengewone krachtsinspanning afgewend waartoe werkelijk alle onoirbare middelen geheiligd bleken. Als antwoord op een definitieve koopkrachtomslag werd een Strategische Portefeuille meer dan opportuun.  

 

Doordat de banken het krediet als vliegwiel van de economie om zeep hadden geholpen, probeerden de centrale banken dat euvel met geldverruiming en voortdurende marktmanipulaties – met name lage rentes en geminimaliseerde  edelmetaalprijzen in het kader van valutastabiliteit – te compenseren en liet de Strategische Modelportefeuille vanaf 2009 (start QE) aanvankelijk een dalend patroon zien. Echter, bij een feitelijke omslag zou het beeld destijds evenwel precies omgekeerd zijn geweest.

 

Nu alle ‘dope’ nagenoeg is uitgewerkt, lijkt er sprake van enige bezinning te komen en zelfs een verkapte kentering na de verkiezing van Donald Trump tot president. Dat zal straks blijken niet meer dan een ‘hoax’ te zijn. Renteverhogingen zullen het onderliggende probleem juist verder aanscherpen. Voor een compleet en gedetailleerd marktbeeld per sector leest u alles in de Portefeuille en daarbij per fonds tevens hoe te handelen.

 

Gevoed door de vooralsnog lage rente blijkt de economie hier en daar weer wat aan te trekken, met ons landje thans in een voortrekkersrol maar dit vormt geen uitgangspunt voor een herstel van de wereldeconomie. Sterker, deze is afhankelijk van een gezond fundament en niet van een ‘till the bone’ door schuld uitgewoond en vergiftigd mondiaal monetair systeem tot ruim driemaal het mondiale BBP ad $227 biljoen (bron: Weiss Research).

 

Gelet op het behoud van de koopkracht als prioriteit 2.0 is het voor de belegger – individueel en professioneel – zaak hierop zo goed mogelijk voorbereid en ingespeeld te zijn waarin basisbehoeften als water, voedsel, groene energie* en koopkracht buiten een dak boven het hoofd, centraal staan .

 

Vanuit deze positie verdient het aanbeveling de eigen portefeuille kritisch tegen het licht van de Strategische Modelportefeuille te houden en hiermee zo nodig aanpassingen aan te brengen. Bij twijfel of onzekerheid kan een ieder mij consulteren dan wel om zijn/haar portefeuille te laten doorlichten. Noodzaak is afstand te nemen van “de waan van de dag”.

 

Meer dan ooit verkeert de beurs zoals aangeduid in een ‘ unchartered dangerous  territory’. Dat is het gevolg van het ruime monetaire beleid  en de hieruit voortvloeiende beursoploop die geen gelijke tred heeft weten te houden met de macro-economische ontwikkelingen noch met de schuldgroei. Sterker, er is sprake van een steeds sterke disconnectie tussen de economie en het beurssentiment.

 

Als gevolg van de in het verschiet liggende onzekerheid, durven de meeste bedrijven het nog niet goed aan om in kapitaalgoederen te investeren om op die wijze hun productiviteit en winstmarge te verbeteren. Gemakshalve worden liever de eigen aandelen opgekocht om toch de aandeelhouders aan zich te binden. Daardoor stijgt weliswaar de winst per aandeel maar dat is meer schijn dan werkelijkheid omdat de winstpotentie als zodanig niet groeit. Bovendien vinden deze ‘buy backs’ (dikwijls met geleend geld!) plaats op een moment dat de koersen op een ‘all time high’ staan. De ‘corporate  debt’ staat nu op bijna $3 biljoen (bron: Weiss Research).

 

De door Dr. Robert Shiller ontwikkelde CAPE (Cyclically Adjusted Price-to –  Earnings) Ratio gemeten over een 10-jarige periode vertoont al sinds langere tijd een stijgende tendens. Dat kan alleen wanneer de koersen op grond van verbeterde vooruitzichten stijgen of de winsten dalen maar dat gebeurt nú gelijktijdig. Als gevolg hiervan ligt de S&P mediaan met ruim 28 al sinds 2010 ver boven het historisch gemiddelde van 16. Op grond hiervan zou de Dow eerder rond het niveau van 11500 moeten bewegen, gelijk aan een koersdaling van ruim 40%. Een dergelijke stand van zaken heeft zich maar tweemaal eerder gemanifesteerd met in beide gevallen desastreuze gevolgen.

 

Tot dusver wordt hieraan in de beleggingswereld nauwelijks of geen aandacht besteed. Dat heeft te maken met het beurssentiment dat fnuikend genoeg derhalve bij een onverwacht negatieve ontwikkeling des te gemakkelijker kan omslaan. Vooralsnog gaat de belegger er van uit dat er met Trumps uitlatingen als “toetje” hogere winstvooruitzichten in het verschiet liggen . Gezien het internationale economische klimaat kan hiervan vooralsnog geen sprake zijn. Een en ander wordt middels de onderstaande grafieken meer dan verduidelijkt.

 

Intussen liggen er meerdere beren op de weg met als belangrijkste een afnemend vertrouwen in de “kunsten” van de centrale bankiers, de schuldencrisis en de vooralsnog niet opgeloste bankencrisis. Voorts hebben de meesten van onze reguliere beleidsmakers over een breed front aan vertrouwen ingeboet getuige de opkomst van het populisme in verschillende landen.

Een andere reden voor het beursoptimisme is gelegen in de ZIRPs en NIRPs die beleggers bij “gebrek aan beter”nog steeds trachten te ontvluchten, hoewel verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsen na de tweede renteverhoging van 0,25%  intussen “een pietsie” meer lucht hebben gekregen. Niettemin dient de dekkingsgraad nog steeds nauwlettend in de gaten te worden gehouden, laat staan dat er al sprake zou zijn is van een inflatiecorrectie.  Het is niet voor niets dat deze partijen steeds meer richtring private equity* en vastgoed opschuiven. Per slot ontloop je hiermee de beursschommelingen die even rationeel als irrationeel kunnen zijn.

 

Een graadmeter die evenmin dagelijks wordt gevolgd is de snelheid van het geld in omloop die onverminderd een flink dalende trend vertoont en wijst op naderend onheil. Immers, naarmate de omloopsnelheid daalt, neemt de economische activiteit af. Ondanks alle verwoede pogingen om de economische groei te stimuleren blijkt hiervan nog maar bitter weinig terecht te zijn gekomen

Evenzo geldt de Baltic Dry Index als een betrouwbare graadmeter die mondiaal de droge bulk vervoersstromen meet en al vanaf 2008/9 afstevent op een ‘all time low’. Werd hieraan in het verleden regelmatig gerefereerd, tegenwoordig is deze indicator naar de achtergrond verdrongen kennelijk vanwege de weerbarstige onomkeerbare trend. De BDI dient dan ook zeker niet uit het oog te worden verloren.

Kortom, er valt in wezen geen reële internationale (groei) indicator aan te wijzen anders dan van de schuldgroei en dit alles bijeen genomen levert niet bepaald een opwekkend beeld op.

 

De ‘highs’ in 2008 werden genoteerd vlak vóór de val van Lehman, toen niets nog leek te duiden op de onderhuidse breuklijn die zich al “even” daarvoor begon af te tekenen.

 

De voorgaande ontwikkelingen zijn uiteindelijk terug te voeren tot de historische datum van 15 augustus 1971 toen ‘tricky Dick’ Nixon - ‘I’m not a crook’ - de dollar loskoppelde van het goud (“tijdelijk” zei hij erbij) om daarmee ruim baan te maken voor een schuldcreatie zonder weerga. Zijn woorden: ‘to defend the dollar against the shadowy and intangible money speculators by removing its convertibility’.  Vooral treffend waren z’n woorden, de ogen toeknijpend:  ‘and I’ll promise you that the dollar will be as good as gold’.

Wel, dat hebben we gezien! In die tijd had niemand in de gaten wat de vergaande gevolgen zouden zijn van dit NOOIT meer teruggedraaide besluit. Evenmin was er een econoom die er op wees dat hiermee de poorten open gingen voor een ongelimiteerde bijdruk van dollars en een gratis import inclusief olie. Het land “kampte” decennia lang met tekorten op de handelsbalans zonder dat iemand er wakker van lag.
 

NIEUWE ISSUE: Stel dat toekomstig president Trump de Monroe doctrine – America first – ten uitvoer legt en een einde maakt aan de goedkope import om daarmee de herindustrialisatie van de V.S. te bevorderen. Dat zou niet alleen een enorme domper impliceren voor de wereldeconomie met name voor de opkomende landen maar dat zou op zich ook een einde maken aan de rol van de dollar als ’s werelds reservevaluta. Immers, de “dollarexport” en daarmee de vraag naar dollars droogt op, zodat dan mogelijk een nieuw uit te geven SDR (Special Drawing Rights) munt binnen het bereik van de uitgevende instantie IMF komt. China als lid zal dan een veel grotere rol opeisen en verlangen dat ‘paper gold’ op goed moment definitief wordt vervangen door fysiek goud. Daarmee is de rol van de V.S. als super mogendheid in feite uitgespeeld!


Buiten de oprichting van de Federal Reserve Board in Washington DC in 1913 als quasi centrale bank die dit alles heeft gefaciliteerd, bleek de loskoppeling van de dollar de grootste miskleun in de vorige eeuw te zijn geweest met het grootste “schuldcomplex” aller tijden tot gevolg!

Hoewel dit tot dusver nog maar weinigen lijkt te beroeren, durf ik wel met zekerheid te stellen naar ‘the mad house’ te zijn verwezen door tien jaar geleden een dergelijk scenario te hebben aangekondigd. Om met koning Willem Alexander te spreken, “het is het welhaast onvoorstelbaar hoe snel het ongewone gewoon begint te worden” en om van de afnemende normen en waarden opvattingen maar te zwijgen.

 

Het onvoorstelbare gevolg: bij een stand van ca. 1000 punten op 15 augustus 1971 en een goudprijs van $35 per ounce kocht je de Dow nog voor een slordige 30 ounces; thans op een Dow stand van bijna 20000 punten (all-time high) en goud op ca. $1.180 per ounce hoef je nog slechts 17 ounces neer te leggen, over koopkracht gesproken! Kortom, had je sinds die tijd nooit iets anders gedaan dan in goud dan zou je thans bijna tweemaal de Dow “op zak” hebben gehad. Ondanks alle malversaties, manipulaties en machinaties op de COMEX blijkt goud onverslaanbaar. Voorts na alle ‘riggings’ op het terrein van de hypotheekproducten, LIBOR (London Interbank Official Rate) en valuta’s resteert de vraag wanneer de ‘gold riggers’  (centrale banken) aan de beurt komen om rekening en verantwoording af te (mogen) leggen.

Voor JP Morgan intussen voldoende reden zich voor minstens 31 ton goud (geschat wordt een voorraad tot 186 ton) en 83 miljoen ounces zilver te verzekeren. Het zou er op kunnen duiden dat JPM de contouren van “het eindspel” in zicht heeft gekregen en verwacht dat de “synthetische” goudmarkt op de COMEX in New York definitief z’n langste tijd gehad heeft en vervolgens de vraag naar het fysieke goud  z’n weerga niet zal kennen. Voor de belegger is het van groot belang om goud op de meest veilige manier te bezitten, dus in ieder geval niet via een goudrekening bij de bank noch in fysieke vorm via de bank of een goud ETF (de Portefeuille geeft hierover het juiste uitsluitsel). Het zelfde geldt overigens voor zilver, dat als commodity onder de BTW valt.

 

Eufemistisch gezegd mogen we concluderen dat de toekomst nog nooit om zoveel financiële aandacht heeft gevraagd als thans! Onverminderd de hoogste tijd om de ‘normalcy bias’ vaarwel te zeggen en terug te keren tot ‘back to basics’ waar het de facto om gaat!

 

Op grond hiervan vormt inschrijving op de Strategische Modelportefeuille anno 2017 de meest zinnige beslissing om straks niet verrast te worden door een totaal onoverzienbare ontwikkeling. Inschrijving staat tot 1 februari a.s. open voor 195 euro. Aanmelding uitsluitend per email via info@robertbroncel.com.

 

* Sinds 2016 is er een buitengewoon succesvol Nederlands private equity fonds op het terrein van groene energie in de Portefeuille opgenomen dat gezien de looptijd van 10 – 15 jaar alsmede de jaarlijkse opbrengsten van 7% - 10% (eerder iets meer dan minder) naadloos aansluit op Henk Kamp’s recent uitgebrachte Energie Agenda. Gezien de mérites ervan kan dit fonds welhaast als pensioenbron worden aangemerkt. Ook PGGM speelt hierin een rol. Aanmelding hiervoor eveneens uiterlijk per ultimo januari; de minimale investering bedraagt 100.000 euro.

 

Robert Broncel

Copyright,  januari 2017
 

PS. Tenslotte nog een korte samenvatting van het zojuist gepubliceerde overzicht van ‘the Top 5 Global Risks for 2017’ vervat in het ‘Global Risks Perception Survey’ (GRPS) van het World Economic Forum in Davos dat volgende week van start gaat. Centraal hierin staat het klimaat. Voorts gaat het om economische risico’s onder benoeming van (de zwakte van het economisch herstel, het revitaliseren daarvan en protectionisme), geopolitieke risico’s (confrontatie met Rusland, migratie), technologische risico’s (cyber space aanvallen, hacking) alsmede maatschappelijke risico’s als de groeiende dispariteit in vermogensvorming, groeiend populisme en verder signalen van desintegratie als onderdeel van de diepere crisis binnen het democratisch bestel.

 

Let vooral op de grote onderliggende verwevenheid  zoals die in het onderstaande visuele profiel is vervat. Het lijkt op een nagenoeg onontwarbare kluwen die stellig niet “in alle opzichten” en tot in alle uithoeken tot tastbare oplossingen zal leiden. Vraag is wat hiervan uiteindelijk naar buiten wordt gebracht en ook in hoeverre de uitkomsten en toelichting integraal zullen worden weergegeven. Hoe dan ook, dit evenement met de aangesneden onderwerpen is interessant genoeg om te blijven volgen! Zie profiel beneden.

 

 
 

 

<< vorige

volgende >>

 

 
 

Disclaimer Portefeuille 

Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent. 

Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend. 

Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.

2016 © Robert Broncel