Zo scoren landen als Canada, IJsland, Noorwegen en Finland het
hoogst op de WPI tabel maar laten landen als de V.S. op de 32e
, België op de 56e en Japan op de 114e
al een beduidend minder positief beeld zien.
Studies en analyses van o.a. de Food and
Agricultural Organization (FAO), de Wereldbank alsmede de United
Nations Development Programme (UNDP) wijzen alle in de richting
van een wereldpopulatie die tegen het jaar 2030 voor 60% in
gebieden leeft waar een sterke waterschaarste zal heersen en
grote vluchtelingenstromen op gang zal brengen. Thans is al ruim
een miljard mensen verstoken van adequaat drinkwater.
Tegelijkertijd verwonderen we ons er over dat
water nog steeds zo goedkoop is. Om bijvoorbeeld een
cheeseburger te produceren is volgens het Nederlandse instituut
Water Footprint Network meer dan 3.500 liter water benodigd. Een
plakje kaas kost bijna 100 liter. De landbouw vergt ca. 70% van
het beschikbare waterareaal, de industrie ca. 20% en de rest
gaat op aan menselijk verbruik. Daar we allemaal moeten eten,
kun je het menselijk aandeel dan ook vertalen naar 80%!
De beurs toonde tot dusver relatief weinig
belangstelling voor “deze commodity”. Dat komt mede omdat er
geen mondiale watermarkt bestaat zoals andere grondstoffen als
olie en edelmetaal. Ook in de media wordt er in het algemeen nog
veel te weinig aandacht aan dit hoofdstuk besteed. Niettemin
zijn de belangrijkste beursgenoteerde fondsen intussen gestaag
gestegen. De primus inter pares hiervan bevindt zich al jaren in
de Strategische ModelPortefeuille.
De Telegraaf liet zich onlangs evenmin onbetuigd
en kwam met een artikel “Beleg in de Blauwe Revolutie”, inhakend
op een vuistdikke analyse van Bank of America/Merrill Lynch.
Hierin wordt geschetst dat bedrijven die daadwerkelijk bij dit
probleem betrokken zijn een prestatie laten zien die boven de
brede MSCI wereldindex uitstijgt en ook beter scoort dan de
index voor grondstoffen w.o. olie en edelmetaal. Dat laatste is
niet zo vreemd daar deze cruciale grondstoffen tot in de klucht
neerwaarts worden gemachineerd en gemanipuleerd. Zo staat de
index van het Commodity Research Bureau (CB) al sinds oktober
2011 (dus na de ‘raids’ op de COMEX in september 2011)
stationair rond 300 – 310 punten.
Nu is het niet zo simpel in water te beleggen
zoals bijvoorbeeld in edelmetaal of olie daar de watermarkt in
een groot aantal deelsectoren uiteenvalt zoals infrastructuur,
onderhoud, zuivering, levering, sanitatie, watermanagement, etc.
De totale omzet op dit vlak ligt volgens BoA/ML thans op een
slordige $600 miljard die naar verwachting binnen 5 jaar naar
$1.000 miljard zal stijgen. Tussen 2014 en 2030 zal de
wereldbevolking explosief groeien (tenzij oorlog daar een stokje
voor steekt, RB) van 7 naar 9,5 miljard. In die periode zal de
voedsel- en energievraag naar verwachting met meer dan 50%
stijgen. Het lijkt er dus op dat investeren in “het blauwe
goud” thans evenzo voor de hand ligt als in olie 100 jaar
geleden.
De vraag naar schoon drinkwater stijgt met name
zo snel, omdat de ontwikkelingslanden veel meer water zijn gaan
gebruiken. Het produceren van “luxe” voedsel als bijvoorbeeld
rundvlees kost acht maal zoveel water als het produceren van de
zelfde hoeveelheid rijst. Volgens de OESO zal het waterverbruik
in de BRIC landen de komende 35 jaar met ca. 700% stijgen! Dat
legt niet alleen druk op de consumptie dus op water gerelateerde
bedrijven maar uiteraard ook op voedsel en kunstmest
producerende bedrijven.
Daar het spectrum van water gerelateerde en
afhankelijke bedrijven nogal breed en uiteenlopend is, is de
belegger al snel het spoor bijster. Door in een individueel
fonds te beleggen, mis je de meeste deelsectoren die in feite
even belangrijk zijn. Teneinde optimaal profijt te trekken uit
de mondiale ontwikkelingen is het veel interessanter je eieren
niet in één mandje te leggen maar juist gespreid te beleggen.
Daarmee heb je tevens het risico maximaal en optimaal gespreid.
In de afgelopen 4 jaar is er binnen deze sector
stilletjes aan sprake geweest van een forse koerssprong. Het
McKinsey Global Institute heeft becijferd dat er thans alleen al
voor de aanleg en verbetering van de waterinfrastructuur op
korte termijn een slordige $10 biljoen is vereist!. Vandaar dat
dit onderdeel voor de langere termijn eigenlijk in geen enkele
beleggingsportefeuille mag ontbreken. Tot dusver is de
beurshandel qua omzet in deze sector altijd bescheiden geweest,
implicerend dat dit onderdeel bij de grotere instituten nog
steeds een veel te bescheiden en “ondergesneeuwde” rol heeft
vervuld.
Robert Broncel
Copyright, 4 juni 2014
|