Header

De Financiële Markt ‘in Review’ – augustus 2018
(bepalend voor onze toekomstige koopkracht)

Eenvoudig uitgedrukt wordt de markt gevormd door het samenspel van vraag en aanbod waarvan de prijs de functie is. Dat geldt evenzo in de kapitaalmarkt waar de rente die prijsfunctie vervult. Stijgt de kapitaalvraag dan stijgt normaliter ook de rente en evenzo bij een dalende vraag daalt de rente.

Middels ingrijpen op de kapitaalmarkt door de centrale banken is van dit marktprincipe afscheid genomen, versterkt in de hand gewerkt door de val van Lehman in 2008. Liquiditeit werd het paradigma. Dus hoewel de leenbehoefte groter dan ooit werd, moest de marktrente juist lager worden “bijgesteld” omdat anders de uitstaande staatsschuld onbetaalbaar zou worden. In feite is hier sprake van een pure ‘contradictio in terminis’ of beter: staatskapitalisme.

De geld- en kapitaalmarkt vormen verreweg de grootste en meest liquide markt ter wereld, met een dagomzet van meer dan $5 biljoen (12 nullen). De belangrijkste spelers op dit terrein zijn de centrale banken bijgestaan door de 18 grote systeembanken w.o. Bank of America, Citigroup, Goldman Sachs en JP Morgan in de V.S. en voorts Deutsche Bank in Duitsland, Crédit Suisse en UBS in Zwitserland, HSBC met hoofdzetel in Londen en BNP Paribas in Frankrijk, alle “aangestuurd” door de Bank of International Settlements (BIS) in Basel, het meest “obscure” bankinstituut ter wereld.

Door het grote publiek de ‘impact’ van een feitelijke systeemcrisis te onthouden en voor te geven dat het “slechts” om een “tijdelijke hic-up” zou gaan, bleef en blijft de relatieve rust op de kapitaalmarkt vooralsnog gehandhaafd.  Centrale bankiers hebben in feite maar één belang en dat is rust op de financiële markten te bewaren in weerwil van de door hen zelf veroorzaakte onevenwichtigheden.

Die onevenwichtigheden vormden aldoor “het Leitmotif” in mijn columns die eveneens naar de presidenten van DNB en de ECB in Frankfurt zijn verstuurd alsmede naar de leiders van de fracties van de grootste politieke partijen in de Tweede Kamer. Eerst eind 2016 kwam “de beloning” middels een telefoontje van DNB onder dankzegging voor toezending van mijn kennelijk relevante columns. Op de vraag of mijn zorg werd gedeeld was het antwoord volmondig “ja”. Intussen weten we dat zowel de president van DNB als van de Deutsche Bundesbank de enige NEE stemmers zijn tegen het “soepele” beleid van de ECB vooral ingegeven door de zwakke financiële positie van de Mediterrane staten.

De kredietfunctie van de banken als vliegwiel van de economische groei was sinds het ontstaan van de kredietcrisis in 2008 nagenoeg “dysfunct” geworden en functioneert nog steeds niet optimaal vanwege:

a) de onopgeloste (in aparte entiteiten verscholen) schuldenposities
b) de strengere kapitaaleisen (met een hogere leverage ratio)

Financiële crisis = financiële systeemcrisis

Na de val van Lehman wisten de centrale overheden niets “beters” te doen dan de rekening van de volstrekt insolvente (systeem)banken neer te leggen bij de belastingbetaler. Deze werd voorts opgescheept met bezuinigingsmaatregelen en belastingverzwaringen met als gevolg koopkrachtverlies. Nu na bijna 10 jaar extreme verruiming van de geldhoeveelheid is er in feite niets veranderd anders dan dat de schuldenposities nog veel omvangrijker en desastreuzer van aard zijn geworden. Intussen is er een soort tweedeling in de samenleving ontstaan met de middeninkomens, de spaarders en de pensioenfondsen als machteloze slachtoffers.

Zonder dat deze crisis nog is opgelost dus zonder een adequate schuldsanering blijven de schulden zonder een robuuste economische groei verder oplopen. Gezien de uitzonderlijk hoge schuldquotes (in relatie tot het BBP) moeten we eerder denken aan dubbele groeicijfers in plaats van de gemiddelde jaarlijkse “miezerige” uitslagen rond 2% à 3% om deze schulden ooit te kunnen inlopen.

Intussen heeft het zojuist verschenen Amerikaanse 2e kwartaal BBP cijfer van 4,1%  weliswaar een aanzienlijke verbetering (Trumps belastingverlagingen en staatsinvesteringen) te zien gegeven maar of die houdbaar is mede gezien de geprikkelde handelsverhouding met name met China, zullen we moeten afwachten. Trump is in elk geval trots en voorziet hoegenaamd geen problemen, ook al had hij wel kritiek op de aangekondigde renteverhogingen door de Fed!

Met de moeder aller crises van 10 jaar geleden nog in het achterhoofd als gevolg van falend beleid en toezicht van de centrale banken met de Fed voorop alsmede falend toezicht van de drie rating bureaus Standard & Poor’s, Moody’s en Fitch dienen we evenwel niet achterover te gaan leunen. Van beide fronten vernemen we opnieuw weinig en blijft het business as usual dus dienen we onder de huidige omstandigheden vooral sterk te letten op de verdere rentewikkeling die de kapitaalmarkten aanstuurt. Een nieuwe opgaande trend leidt onvermijdelijk tot “schuring” met de economische groei.

Volgens het Institute of International Finances (IIF) is de totale mondiaal uitstaande schuld van ruim $80 biljoen in 2008 uitgegroeid naar $247 biljoen (12 nullen) thans of  ruim drie maal het bruto mondiale Product waarmee de geest danig uit de fles is. In de V.S. bedraagt de directe staatsschuld meer dan $20 biljoen of  ruim 100% van het BBP (80% is kritisch) en dat is niet alles daar er een bedrag van ruim $130 biljoen gemoeid is met de zgn. ‘unfunded liabilities’, zijnde de ongedekte toekomstige sociale uitkeringen en pensioenen!

Niemand schijnt van deze onverkwikkelijke situatie wakker te liggen en niemand wil kennelijk weten wat hiervan straks de gevolgen zullen zijn.

Wat zijn thans de cruciale vraagstukken voor de fondsbeheerders?

a) wat gaat de rente doen in de (nabije) toekomst?
b) wat gaat de inflatie op enige termijn doen?
c) wat zijn de gevolgen van de Amerikaanse handelspolitiek?
d) waar gaat de economische groei naar toe?
e) welke geopolitieke spanningen liggen er op de loer?
f) wat gaat de dollar doen
Sub a) Deze vraag wordt gesteld door een ieder die in de financiële markten actief is zoals banken, verzekeringsmaatschappijen, pensioenfondsen alsmede beleggers in het algemeen maar ook bedrijven die hun productie moeten financieren. Sinds Lehman kennen we een ongekend lage rente die maar één kant uit kan. Onzeker blijft in welk tempo en naar welke hoogte. De 10-jarige Treasury (benchmark) lag begin dit jaar nog op 2,19%. Intussen is deze opgelopen naar 2,997 of een stijging met nagenoeg 0,81 procentpunt. Het “neutrale” niveau van ca. 3% gold/geldt in de markt als kritisch. In hoeverre dat kritisch is, hangt met name af van de economische groeipotentie.

Sub b) De officiële inflatie is intussen opgelopen naar 2,9% met een plus van 0,9% punt boven de target van 2%. De kerninflatie (zonder voeding en energie) bedraagt thans 2,2%. Bijgevolg voelt de Fed de hete adem om hierop met een opwaartse rentebeweging te volgen. Vooralsnog blijft de reële rente (korte rente minus inflatie) op de nulstand staan terwijl deze begin dit jaar op min 0,1% stond na lange tijd negatief te zijn geweest. Met andere woorden de lange rente blijft relatief nog redelijk stabiel doch zodra deze verder opkruipt, zal de nervositeit navenant toenemen. De kans bestaat dat dan de QT “stand” weer zal worden teruggedraaid naar QE en zijn we terug bij af.

Sub c) het antwoord op deze vraag is nog diffuus maar duidelijk is wel dat Trump ‘dead set’ lijkt en tot dusver niet wakker ligt van de gevolgen van zijn “niet politiek” bedoelde acties en tegenacties. Prijzen kunnen op onderdelen (sterk) gaan stijgen met banenverlies en een  afnemende economische groei tot gevolg. Dat zou een vertrouwensschok kunnen opleveren.

Sub d) als gevolg van oplopende overheidstekorten, een sterkere dollar (renteverhogingen) en de afbouw van de verruiming van de kapitaalmarkt droogt de liquiditeit steeds meer op met een extra opwaartse druk op de rente, al met al niet leidend  tot een sterker economisch groeiklimaat; voorts als de Fed haar renteverhogingen doorzet om de inflatie te beteugelen, zal de economie gas terugnemen.  

Sub e) al het voorgaande tendeert tot een steeds fragieler mondiaal marktbeeld waaruit nieuwe geopolitieke spanningen kunnen voortvloeien, in het bijzonder met China dat zich aangespoord zal voelen om zowel economisch als militair een extra “sprong voorwaarts” te maken in plaats van (in)direct toe te geven.

Sub f)  in een handelsconfrontatie zal de Amerikaanse economie als grootste ter wereld het meest robuust blijken en dat zal zich in de relatieve sterkte van de dollar blijven vertalen, waarbij opgeteld de verdere renteverhogingen ook zullen worden verdisconteerd. Naast de trade war is nu ook de term currency war gevallen, juist door het sterker worden van de dollar vertaald in verzwakkende valuta’s vooral binnen de emerging markets met de Chinese munt voorop. De repercussies hiervan vormen een bedreiging voor de rust op de internationale monetaire markt, waarbij de yuan recent in korte tijd met ruim 7% daalde en China in elk geval hierdoor beter opgewassen is tegen Trumps handelsmaatregelen.

Opmerking.: niet vergeten mag worden dat het opdrogen van het dollaraanbod op de buitenlandse kapitaalmarkten als gevolg van het terugdraaien van het Amerikaanse handelstekort de rol van de dollar als reservevaluta ondergraaft. Daarmee zou ook de rol van de V.S. als wereldmacht gemoeid zijn. Mede om deze reden is China doende de yuan een breder internationaal podium te verschaffen om minder van de dollar afhankelijk te zijn. Dit zou een goede reden kunnen zijn om Trump ter zake van zijn huidige handelspolitiek op andere gedachten te brengen. Zover is het evenwel nog niet maar dit is een ontwikkeling om serieus in de gaten te blijven houden. In tegenstelling tot Trumps recente uitspraken inzake de door hem aangeduide valutamanipulaties spreekt het IMF in haar jongste rapport intussen van een overgewaardeerde dollar, terwijl de yuan zich conform de markt ‘fundamentals’ blijkt te bewegen. In bedekte termen waarschuwt het IMF voor de gevolgen van een verdere renteverhoging!

Volgens Sprott Money blijkt er intussen een nauwe correlatie te bestaan tussen de yuan valutakoers en de ‘massive’ interventies op de goudmarkt om de commodityprijs laag te houden nu de yuan zoveel en zo snel in waarde is gedaald maar op deze wijze min of meer “in pariteit” blijft met de huidige goudprijs. Blijkbaar heeft China nu ook grip op deze markt.

Beheersing van de kapitaalmarkt

Hoewel we in een zgn. vrij en democratisch bestel leven en ons eigen parlement mogen kiezen, staat de kapitaalmarkt zover van ons af dat we de staat dan wel de ongekozen centrale bank alle ruimte bieden om deze markt ongeacht de gevolgen voor onze koopkracht in alle opzichten te exploiteren. Hiertegen bestaat nauwelijks of geen verzet! Binnen de EU hebben we te maken met de ECB die de gehele eurozone onder “haar hoede” heeft maar in de V.S., U.K. of Japan gelden directere lijnen.

Gevaar van hyperinflatie (sterke koopkrachtdaling)

Met alle middelen zullen onze financiële beleidsmakers coûte que coûte deflatie wensen te  voorkomen die de schuldpositie juist zou versterken. Met het nieuwe QT beleid wordt er weliswaar niet aangestuurd op inflatie die de uitstaande schulden juist doet verdampen maar met de bestaande overcapaciteit aan fiatgeld is dit risico evenmin weggenomen. Maar er is meer.

Het is bepaald geen toeval dat voormalige beleidsmakers en crisismanagers als Ben Bernanke (toenmalig Fed president), Timothy Geithner (destijds president New York Fed en later minister van Financiën) en Henry Paulson (minister van Financiën ten tijde van en na Lehmans val in 2008) thans opnieuw aan de bel trekken. Zij waarschuwden nu met ‘We have Forgotten The Lessons Of  The Financial Crisis’. Ze komen  op tegen Trumps (‘deregulatory zeal’) plannen om de strengere aanpak van de banken middels de Dodd-Frank wet weer deels of goeddeels terug te draaien.

Voorts wezen ze op de ‘ballooning Federal budget deficit causing the public debt to swell’. Dat naar aanleiding van het feit dat het federale begrotingstekort steeds meer uit de hand dreigt te lopen. Aanvankelijk was dit tekort tot september 2018 begroot op $440 miljard. Thans ligt dit met $890 miljard op meer dan het dubbele, terwijl dat voor 2019 op bijna $1,1 biljoen uitkomt.  Let wel, de Trump administratie was juist uitgegaan van afnemende tekorten. Zoals de tekening er thans uitziet zullen de tekorten ook in de jaren na 2019 een verder stijgende tendens van biljoenen dollars vertonen. Derhalve is hier eveneens sprake van een “nogal” ongewisse ontwikkeling met even ongewisse gevolgen.

Deze “tekening” ziet er niet echt “gezellig” uit en evenzo geldend voor het eurodollar debiet. 

Bovendien, wie gaat deze tekorten straks financieren wanneer de belangrijkste spelers als de Fed, China en Rusland het voor gezien houden? Verder is geen enkele rekening gehouden met een mogelijke recessie noch met de gevolgen van Trumps handelspolitiek noch met een dreigende valutaoorlog  of  nieuwe klimaatschade, laat staan met de gevolgen van de eerder genoemde ‘unfunded liabilities’ die zo broodnodig om een oplossing vragen.

Intussen heeft ook Fed president Powell zich in dit gewoel gemengd door te verklaren dat het huidige fiscale beleid mede tegen de achtergrond van de ‘escalating trade wars’ met stijgende importtarieven ‘unsustainable’ (onhoudbaar) is! Diverse Amerikaanse bedrijven beginnen intussen te klagen. 

Hoe dan ook, in de wereldgeschiedenis is er nog nooit een grootmacht geweest die onverschrokken tekorten kon blijven fokken zonder hiervoor de rekening gepresenteerd te hebben gekregen. Met Trumps huidige beleid blijft ‘the day of  reckoning’ als een ‘sleeping dog’ angstvallig op de loer liggen.  

Geen enkele gezonde economie kan ongestraft overleven zonder redelijk gezonde staatsfinanciën, een flinke dosis productiviteit en een “onderpand” in de vorm van een adequate (goud)reserve zoals tot 1971 (Bretton Woods) het geval was. Aan alle drie factoren ontbreekt het thans!

Nieuwe koopkrachtdaling  onafwendbaar

De consistente stijging van de edelmetaalprijs of beter de (onzichtbare) waardedaling van het fiatpapier sinds W.O. II en vervolgens na 1971  waren het aantoonbare bewijs van de verstoring van het mondiale monetaire systeem. Deze verstoringen waren altijd het gevolg van het optreden van de centrale bank(en).

Zoals de zaken er thans voorstaan stuurt de Fed met de aangekondigde renteverhogingen aan op een ‘collision course’ met de economie later dit jaar en als dat gebeurt, zit er niets anders op om het strakkere rentebeleid weer te laten vieren dan wel varen zonder dat er fundamenteel iets verbetert. De Fed blijft dan met het probleem zitten over te weinig middelen (rentewapen) te beschikken om de economie aan te sturen. Vandaar de verwachting van een inflatoire recessie die de Fed juist tracht te voorkomen! In vakkringen wordt dit ook wel de ‘whirlpool phantom’ genoemd, waaruit geen ontkomen meer mogelijk is. Om hierin niet te worden meegesleept, is er maar één uitweg en dat is terugkeer naar die vermaledijde ‘gold pegging’.

Hoewel zich in het verleden eerdere koopkrachtdalingen gemeten in goud hebben voorgedaan begon de grootste daling vrijwel direct na de loskoppeling (einde inwisselbaarheid van dollars in goud – tot augustus 1971 gefixeerd op $35 per troy ounce). Na die datum werden als gevolg daarvan alle aan de dollar gekoppelde valuta’s losgelaten met daarop zwevende valuta’s tot gevolg, waaronder onze toenmalige gulden. De schepping van de latere euro kwam hieruit voort.

De ontkoppeling van de dollar luidde tevens de inflatie en de opening van de kredietsluizen in - credit cards, tophypotheken alsmede de latere toen nog onbekende  kredietderivaten w.o. de versneden ‘subprime’ hypotheken.

Met een marktomvang van ruim 25 maal (!) de wereldeconomie verwerden deze derivaten (door Warren Buffett omschreven als financial weapons of mass destruction) tot de grootste “onzichtbare” investeringscategorie binnen het monetaire systeem. Opvallend is de doodse stilte heden ten dage rondom “dit fenomeen”.  

Vanwege de versoepeling van de bankregels onder president Clinton die de Glass-Stiegel Act buiten werking stelde, kregen de banken vrij spel als gevolg waarvan de operationele splitsing tussen de systeem- en investeringsbanken werd vrijgegeven en de markt voor allerhande speculaties open lag.

Deze beslissing gold als de “ouverture” tot de kredietcrash in 2008. Intussen is deze versoepeling deels wel teruggedraaid maar wordt door Trump weer nieuw leven ingeblazen.  

Als gevolg van de wereldwijd steeds verder oplopende schulden, met Japan als leader of the pack (staatsschuld van ruim 260% van het BBP) maar met een onbekende waarschijnlijk aanzienlijke goudvoorraad achter de hand, groeit de onzekerheid. Je kunt niet zonder een adequaat inverdieneffect (economische groei en groei van de productiviteit) eindeloos groei met schuld blijven financieren. Wereldwijd leven we nu in een époque van een letterlijk geleende economische groei die bovendien merendeels ten koste van het klimaat en onze habitat gaat.

Op deze wijze dreigt iedereen met “papier”(de dollar voorop) straks eigenaar te worden van een I owe you nothing’  met een koopkracht nauwelijks meer dan die van toiletpapier. Het ‘fiduciaire’ papiergeld is al nooit meer geweest anders dan een belofte tot een (stabiel) koopkrachtbehoud. Beleggen in staatspapier dreigt bijgevolg steeds meer te verworden tot beleggen in “lucht” zolang de markt in “dit sprookje” blijft geloven.

In het verleden zijn grote imperiums als het Perzische, Romeinse en ook het Byzantijnse Rijk na eeuwen aan deze ‘ongeziene zonde’ te gronde gegaan. Ten gevolge daarvan kon Alexander de Grote vanuit Macedonië  zonder noemenswaardige tegenstand rechtstreeks doorlopen naar Perzië en konden de Romeinse huurlingen na bijna 800 jaar ‘overnight’ bezit nemen van de stad Rome. De oorzaak en aanleiding tot de uitbarsting van de Franse revolutie waren het gevolg van hetzelfde euvel: te veel schuld. De jongste slachtoffers waren het Duitse Derde Rijk in de jaren ‘20 gevolgd door de Soviet-Unie in 1990. In alle gevallen trad een ongekende koopkrachtverarming op.

In de V.S. maar ook daarbuiten blijkt men weinig van dit verleden te hebben opgestoken gezien het feit dat het ‘feel good’ gevoel na 2008 blijvend in tact diende te worden gehouden met op rust op de beurzen.

In de pers wordt er vooralsnog veel te weinig aandacht geschonken aan wat zich ooit op monetair terrein in het verleden heeft voorgedaan. Wie weet zelfs nog van John Conolly die als minister van Financiën onder president Nixon zich na de ontkoppeling liet ontvallen: ‘the dollar is our currency but your problem’  naar Europa wijzend. De euro vormt  sindsdien gelet op de marktrol nog lang geen serieus alternatief.

Met name de Europese landen vreesden voor een forse inflatie import vanuit de V.S. voortvloeiend uit de hoge kosten van de Vietnam oorlog. Vervolgens werden er vooral door Frankrijk grote hoeveelheden dollars aangeboden tegen uitlevering van goud, waarop toen het goudluik werd gesloten. Vervolgens begon de inflatie wereldwijd op te lopen tot zelfs ver boven 10% voordat de vers benoemde Fedpresident Paul Volcker in 1980 de korte rente tot boven 20% begon op te schroeven. Dat leidde destijds tot een forse economische crisis.

Naderhand diende de euro een veiliger tegenhanger te worden maar zelfs hier bleek de praktijk sterker dan de leer. We zitten nu in feite in het zelfde schuitje.

Alternatief

Een goed alternatief  voor een nieuwe reservevaluta is er vooralsnog niet. Het Internationaal Monetaire Fonds IIMF)  hoopt haar voortbestaan te kunnen bestendigen middels de uitgifte van SDRs (Special Drawing Rights of  Speciale Trekkingsrechten) op de IMF mandmunten: dollar, euro, pond, yen en yuan maar opgeteld zijn dit alle eveneens qua koopkracht totaal “uitgewoonde” muntsoorten.

De dollar geldt dan ook als ‘the worst currency except for all others’. De nood zal wetten breken wanneer de ‘debt bubble’ uiteenspat en daarmee de rol van de dollar is uitgespeeld. Dit zal nogmaals ongekend grote koopkrachtgevolgen hebben voor onze basisvoorzieningen zoals grondstoffen, energie, voedsel maar bijvoorbeeld ook voor onze medische voorzieningen die alle om een nieuwe koopkrachtpariteit zullen vragen. Ons sociale vangnet mist dan die koopkracht!

Om de rust op de internationale financiële markten te herstellen zal naar alle waarschijnlijkheid opnieuw worden teruggegrepen op een op meer zekerheid rustend monetair muntsysteem dat aan strakkere banden gelegd zal moeten zijn.

De dollar met haar aandeel van ca. 60% van de mondiale reserves, 80% van het internationale betalingsverkeer en 100% van alle olietransacties (petrodollar) vormt vooralsnog Amerika’s sterkste wapen. Nagenoeg elke internationale transactie vraagt om dollars. De V.S. controleert niet alleen de valuta maar ook het gehele internationale betalingssysteem in dollars. Deze controle gaat zeer ver. Zo heeft de president o.m. de bevoegdheid om tegoeden te bevriezen en betalingen te blokkeren (Emergency Economic Powers Act van 1977 (IEEPA) of het aanleggen van een zwarte lijst van individuen en bedrijven die niet langer gebruik kunnen maken van buitenlandse banken of creditcard bedrijven om transacties te doen volgens de Treasury’s Office of Foreign Assets Control (OFAC). of om een buitenlandse acquisitie van een Amerikaans bedrijf wel of niet toe te staan.

Om de ‘financial warfare’ van de V.S. geheel te omzeilen is er natuurlijk goud dat niet kan worden gehackt, fungibel en vrij transporteerbaar is. Volgens de goed ingevoerde James Rickards (Strategic Intelligence) zou goud intussen aan de SDR zijn gekoppeld op basis van één ounce goud in een equivalent van 900 SDR’s, “voor wat dat waard is”. Nogmaals, de SDR vertegenwoordigt een mandje van “uitgewoonde” munten, waarin de dollar met ruim 40% het grootste aandeel heeft. Met de inflatie sinds 1971 plus de uitstaande schulden in de onderhavige valuta’s lijkt dit een weinig realistische ‘reset' op niets anders berustend dan op een andere (vuige) vorm van ‘rigging’.

Om de gigantische schuldenhoogte weer een “draaglijk” aanzien te geven, zal er een goudpariteit uit de hoed moeten worden getoverd met een aanzienlijk hoger equivalent boven de huidige prijs, zodanig dat daarmee de uitstaande schulden kunnen worden verankerd om het marktvertrouwen te doen herstellen. De  immense schuldhoogte plus de ongedekte verplichtingen vereist een ‘reset’ tussen 800% en 900% of  meer van wat het IMF ons thans wil doen geloven.

Voor de meesten een nog niet te bevatten toekomstbeeld wanneer overnight onze koopkracht met dezelfde factor wordt “gedevalueerd”. Voor degenen die zich niet hebben ingedekt impliceert dat een ongeëvenaarde koopkrachtval. We hebben dat eerder gezien in de jaren ’30 in de V.S. toen het goud na confiscatie werd “opgewaardeerd” van $20 naar $35 per troy ounce met een ‘overnight’ verlies aan koopkracht ter grootte van 75. Dat was destijds nog maar “bescheiden”!

Daar het edelmetaal in de Westerse wereld wordt beschouwd als een ‘barbarian relic’ (Alan Greenspan en opvolger Ben Bernanke die dat later weer hebben “ontzenuwd”) zal de klap van een ‘reset’ hier aanzienlijk harder aankomen dan bijvoorbeeld in de Aziatische wereld incl. Rusland, waar nagenoeg dagelijks goud intern en ook extern vanuit diverse windrichtingen naarstig bijeen wordt “gesprokkeld”.

Niemand weet hoe groot de exacte voorraden aldaar zijn maar je moet er van  uitgaan dat deze aanzienlijk groter zijn dan formeel wordt opgegeven.

Gold Bullion kwam begin dit jaar voor China zelfs uit op een geschatte voorraad van 20.000 ton of 8 maal de mondiale jaarproductie, versus de Amerikaanse reserve van ruim 8.100 ton (met vraagtekens daar de laatste audit uit 1953 stamt) en de EU voorraad geschat op ruim 13.000 ton; de Japanse voorraad is niet onbekend.

Hoewel het onderwerp “goud” binnen de Westerse wereld nauwelijks aan de orde komt, blijkt dat in de Aziatische wereld heel anders te liggen. Iedereen die in Azië is geweest weet dat elke Aziaat als eerste goud koopt als dekking voor slechtere tijden. Dit hangt nauw samen met het gebrek aan vertrouwen in de monetaire kunsten van het centrale gezag.

Zolang de dollar als reservevaluta wordt geaccepteerd, kan de Fed uiteraard geen rol voor het edelmetaal toestaan en dienen we ons op dit moment nog geen illusies over de goudprijs te maken. Wel blijft het zeer zinvol de vinger aan “deze pijnlijke pols” te blijven houden!                          

Robert Broncel

Copyright, augustus 2018

NB. deze review is aanvang 2009 gestart en wordt op gezette tijden ververst met de meest relevante, actuele en verwachte ontwikkelingen alsmede de laatste marktgegevens.

NB. zie voor de verdere details  ook het Voorbericht van de mid’ 2018 update van de Strategische ModelPortefeuille die nu in voorbereiding is.

 
 

Homepage | De Markt | Columns | Quotes| Archives | Introducties | Aanmelden | Contact

 


Disclaimer Portefeuille 

Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent. 

Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend. 

Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.

2017 © Robert Broncel