Header

Columns 2015 2013 2012 2011 2010 2009 2008 2007 2006 2005 2004

EUROPA’S ENERGIETOEKOMST

(17 december 2014)

Afgaande op de economische sancties en militaire druk op Poetin de laatste tijd lijkt het alsof de Westerse politici zich bijzonder weinig gelegen laten liggen aan de gevolgen van hun ‘démarches’. Sterker, onder dreiging van nieuwe stappen zowel economisch als militair wordt de spanning vanuit Europa en ook vanuit de V.S. met de zojuist gepasseerde Ukrainian Freedom Act verder opgevoerd. 
 

Hoewel de sancties en nog meer de nagenoeg gehalveerde olieprijs er in Rusland stevig inhakken, weet “boeman” Poetin tot dusver van geen wijken. 

Ongetwijfeld onderkent hij de relatieve zwakte van de NAVO en lijkt hij van alle druk nog niet wakker te liggen. Immers, elke casus heeft twee kanten en dat geldt voor beide partijen. Intussen werkt hij naarstig aan verbetering en uitbreiding van de economische betrekkingen  met landen buiten Europa en de V.S., die hij intussen als economisch tanende blokken beschouwt. In dat opzicht hebben Europa en de V.S. met hun focus op Oekraïne Poetin’s oostelijke oriëntatie bespoedigd. 

 

Wat Azië betreft valt daar voor de Russen economisch en demografisch gezien veel meer te halen dan in de verzadigde en financieel/economisch labiele markten van Europa en de V.S. Ofschoon Poetin met een blijvend lagere olieprijs ook in Azië niet weg komt. Of een lagere olieprijs van langere duur zal zijn, valt evenwel te betwijfelen. Immers, ook in 2008 zagen we de olieprijs van meer dan $140 naar ca. $40 per vat terugkachelen om vervolgens weer vrij snel de weg omhoog te vinden. De vraag is wat straks het nieuwe stabilisatieniveau wordt. Naar inschatting van tycoon T. Boone Pickens gaat dat weer richting $100 in 2016.

 

Ook destijds hadden olieproducenten weinig keus dan de investeringen uit te stellen en nieuwe projecten af te blazen. Dat geldt thans met name voor de talrijke shale projecten in de V.S. maar ook voor dure off-shore projecten die veelal beneden een niveau van $70 per vat onrendabel worden. De toegenomen productie in de V.S. heeft duidelijk bijgedragen tot veel minder afhankelijkheid van het Midden-Oosten. Met de globale lagere economische groei leidde dat tot prijsverval terwijl het laatste zetje van de Saoeds kwam door de productie niet te willen verlagen. Hiermee wordt niet alleen aan de olie- en gasfractie in de V.S. een harde tik uitgedeeld maar ook aan landen als Iran en Rusland die als vrienden van president Assad van Syrië bepaald geen vrienden van Saoedi-Arabië zijn. 
 

Kortom, een snel herstel richting het oude niveau van ca. $100 per vat zit er onder de huidige  omstandigheden even niet in, een gegeven waarmee ook Poetin rekening zal moeten houden. Vooralsnog zal Rusland minder lijden onder een lagere olieprijs dan de meeste politici in Europa en de V.S. hopen. Weliswaar kunnen de sancties er toe leiden dat Rusland minder toegang heeft tot Westerse know-how met een lagere productie tot gevolg. Maar dat geldt voor de langere termijn. Niettemin brengt een olieprijs beneden $70 de Russische economie (ook zonder sancties) in troebel vaarwater, hoewel dat niet geldt voor de Russische olie- en gasproducenten. Zij ontvangen immers nog steeds dollars voor hun export, terwijl ze thuis in goedkopere roebels kunnen blijven investeren. De investeringen daar komen bijgevolg vooralsnog niet in gevaar en dat kan een voordeel opleveren bij een aantrekkende oliemarkt maar er is meer.
 

Zo kent Rusland een schuld aan het buitenland van nog geen $680 miljard (vergelijk hiermee de V.S. met ruim $6.000 miljard!). Voorts zit het land nog op een riant budget surplus, een positieve betalingsbalans, een dollarreserve van bijna $375 miljard en een goudreserve van ca.1.170 ton (flink in verhouding tot andere landen, met China als de grote onbekende bij gebrek aan actuele cijfers, hetgeen de facto ook voor de V.S. geldt). 

 

Zonder buitenlandse valutacontrole of verkoop van goud (geen aantrekkelijke beslissingen) blijft de vrije val van de roebel de grootste zorg in Rusland, dit ondanks de inmiddels opgevoerde korte rente tot maar liefst 17%. Deze hoge rente doet denken aan de situatie in de V.S. begin jaren ’80 toen toenmalig bankpresident Paul Volcker de korte rente zelfs opjoeg tot boven 22%. De roebel is echter geen reservevaluta en zal in relatie tot een in omvang veel geringere economie uit dit dal moeten klimmen. Uit de historie weten we dat de Russen lange tijd kunnen lijden maar niettemin vraagt deze situatie wel om een (harde?) oplossing.

Intussen uit SWIFT (Society for Worldwide Interbank Financial Telecommunication) gekegeld is Rusland druk doende een alternatief betalingscircuit, de Shanghai Cooperation Organization (SCO), in het leven te roepen samen met landen als China, India, Iran, Brazilië en Zuid-Afrika waartoe nu ook Turkije een aanbod van Poetin heeft ontvangen. Dit stelt de partners in staat in de Chinese yuan dan wel in goud (?) te handelen. Daarmee zou tevens aan de rol van de dollar een flinke tik worden uitgedeeld. Rusland’s dagelijkse olie export draagt voor 15% bij aan de wereldmarkt, waarvan China straks vanwege de gesloten deal met Rusland van ruwweg $400 miljard de grootste afnemer wordt. In dat kader werd recent een contract ondertekend voor de aanleg van een 3.000 mijl lange pijplijn.

Maar dit is nog niet alles. Volgens een perscommuniqué van 11 december j.l. werden er tijdens een bezoek van Poetin aan India binnen 24 uur 20 overeenkomsten getekend ter waarde van ruim $100 miljard, waarvan $50 miljard voor de levering van olie, $40 miljard voor levering van nucleaire bijstand en ca. $10 miljard voor levering van kunstmest, helikopters alsmede ruimtevaartbijstand. 

 

Tevens werd begin deze maand de uitbreiding bekend gemaakt van de gasleveranties aan Turkije met bijna 25% via de zgn. Blue Stream pijplijn die in 2005 werd geopend. Turkije met een populatie van ca. 80 miljoen is Gazprom’s belangrijkste afnemer na Duitsland met een totale afname van ca. 30 miljard kubieke meter (bcm)’s jaars. Voorts zijn er ook afspraken gemaakt om Turkije’s nucleaire industrie van de grond te krijgen. 
 

Nu Bulgarije onder grote druk van de V.S. en Europa tot dusver geen fiat heeft gegeven voor de aanleg van de 3.600 km lange South Stream pijplijn heeft Poetin hier de stekker uit getrokken. South Stream met een capaciteit van 63 miljard kubieke meter was bedoeld om Oekraïne te omzeilen. Voor Gazprom van belang omdat hiermee landen als Bulgarije, Servië, Kroatië, Slowenië, Hongarije, Oostenrijk en Italië zonder hapering zouden zijn gediend. South Stream AG was een joint venture met een aandeel van 50% in handen van Gazprom, 20% in handen van Italië’s ENI en voor 15% in handen van het Franse EDF en het Duitse Wintershall. Met het afblazen van deze pijplijn verliest Gazprom $4,66 miljard terwijl ENI, EDF en Wintershall eveneens hun investeringen ter grootte van €2,5 miljard kunnen afschrijven. South Stream had de potentie om 20% van Europa’s gasvraag te dekken. Betekent dit nu minder gas voor Europa? Nee, want er lopen ook nog de Nord Stream en Yamal pijplijnen (zie kaart hieronder). Totaal leverde Rusland dit jaar 155 bcm, waarvan ca. 20% via kleinere pijpleidingen door Oekraïne vloeit. 

 

Mocht Oekraïne evenwel voor één of beide partijen een te hete aardappel worden dan zal dat tot onhoudbare spanningen leiden. Met de inzet van militaire middelen als jachtvliegtuigen w.o. 4 Nederlandse, marineschepen in de Oostzee, tanks in de Baltische staten en meerdere marineschepen van de Amerikaanse Zesde Vloot in de Zwarte zee staat de relatie met Rusland reeds op scherp. Hoewel Poetin zich tot dusver gedeisd wist te houden, bestaat de kans dat ook hij meer tanden zal laten zien naarmate de economische omstandigheden aangezet door de sancties hem daartoe “verleiden”. Op dit moment geniet hij bij zijn bevolking nog ongekende populariteit, een factor die we hier niet uit het oog mogen verliezen. Mocht het tot een directe confrontatie komen dan is niet alleen onze gastoevoer in het geding maar zal Europa een beroep moeten doen op andere leveranciers als gevolg waarvan de gasprijs en dus ook de olieprijs in rap tempo weer zal stijgen. Dat weet Poetin ook!

 

Onze politici zouden zich nogmaals moeten bedenken wat er “in vredesnaam” met Oekraïne te winnen valt. Vooral het jongste initiatief vanuit het Congres in Washington om middels de ‘Ukrainian Freedom Act’ het land de status te geven van ‘major US non-NATO ally’ die veel weg heeft van een feitelijke territoriale NAVO uitbreiding, heeft kwaad bloed gezet bij Poetin. De bufferfunctie van Oekraïne gold historisch al als een primaire vredesvoorwaarde. Een dergelijke stap wijst dan ook duidelijk in de richting van een harde confrontatie. Europa zal zich in dat geval achter de V.S. scharen zonder dat we Rusland de rug kunnen toekeren. Je kunt je afvragen of deze ‘Act’ wellicht in stelling is gebracht rekening houdend met een implosie van het monetaire systeem. Een harde confrontatie met Rusland zal dan op het eerste oog wellicht nog chaos weten te voorkomen maar de rapen zijn dan niettemin gaar!

Europa’s plannen om minder afhankelijk te worden van Russisch gas worden voorts ingegeven door voornemens om een groter deel van de energievoorziening een groener karakter te geven (zonne- en windenergie). Daarin speelt niet alleen de onafhankelijkheid van Rusland een rol maar ook van het Midden-Oosten. Met name het olie- en gasarme Duitsland heeft het roer sterk omgegooid gericht op meer windenergie in het noorden en meer zonne-energie in het zuiden. Dit land mikt op een groene bijdrage van ca. 30% - 40% tegen 2030. De rest van Europa zal dat bij lange niet halen. Nu de olieprijs sterk is gedaald, neemt de kans toe  dat dit tempo weer wordt vertraagd waarmee de afhankelijkheid van Russisch gas voor langere tijd zou worden bezegeld. 

 

Wat Oekraïne betreft speelt er nog een andere factor. Er is door het IMF en de EU reeds voor $17 miljard in Oekraïne geïnvesteerd en er staat nu weer een bedrag van $15 miljard “op de payroll”, een en ander als gevolg van de militaire en economische aderlatingen in het oosten van het land opgeteld bij de reeds bestaande tekorten en opgeteld bij een economie met een sterk negatieve groei. Nu de afscheiding van dit oostelijk deel (een beetje vergelijkbaar met het Ruhrgebied in Duitsland) klaarblijkelijk niet meer is terug te draaien, zal verdere financiële bijstand vanuit het Westen onmisbaar blijven. In feite dienen deze bijdragen te worden opgeteld bij de huidige gasprijs die we reeds betalen. Poetin vindt dit prima, ook omdat daarmee Oekraïne aan z’n betalingsverplichtingen zal kunnen blijven voldoen.
 

Voorts is hij bereid gesprekken aan te gaan met landen als Oostenrijk, Hongarije, Bulgarijë Servië en Kroatië teneinde deze tegemoet te komen indien ze niet langer de sancties zouden ondersteunen. De economische druk in deze landen is hoog en de vraag is of ze weerstand weten te bieden aan Poetin’s voorstel. Hiermee zou een aanzet kunnen worden gegeven niet langer mee te gaan met het in Brussel en Washington uitgestippelde sanctiebeleid hetgeen zou leiden tot een verzwakking van Europa’s standpunt in deze confrontatiestrijd. 

 

Kortom, er spelen diverse omgevingsfactoren die over en weer van substantiële invloed zijn.

 

Hoewel voormalig bondskanselier Gerhard Schröder zich muisstil houdt, zal hij als belangrijk aandeelhouder van Gazprom en persoonlijk vriend van Poetin ongetwijfeld een even belangrijke souffleursrol in dit bestek hebben. Dit in de wetenschap dat Europa’s energietoekomst in de eerste plaats toch een kwestie is van de eigen knopen blijven tellen.  


 

Robert Broncel

 

Copyright, 17 december 2014

 
 

 

<< vorige

volgende >>

 

 
 

Disclaimer Portefeuille 

Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent. 

Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend. 

Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.

2011 © Robert Broncel