Amerika blijft onverkort het epicentrum van de
mondiale financiële instabiliteit! Minder bonus, meer toezicht
en een intentie tot meer ‘mondiale’ economische samenwerking
waren slechts de belangrijkste uitkomsten van de G-20 meeting in
Pittsburgh. Obama’s oratorische gaven niet te na gesproken mocht
er niettemin ook niet meer worden verwacht. De belangrijkste
‘items’ zoals de toekomstige rol van de dollar als reservevaluta
alsmede het aandragen van oplossingen richting de
schuldenproblematiek bleven binnenskamers. Er zijn immers geen
andere dan uiterst pijnlijke oplossingen voorhanden zijn.
Derhalve blijft ook het accent staan op
stimuleren, lage rentes in de hoop dat de consument en producent
het stokje weer gaan overnemen. Er werd niet bijgezegd dat de
schuld-op-schuld stapeling een zware hypotheek op de toekomstige
koopkracht (hogere belastingen, inflatie) legt. Er werd evenmin
gerept van het kredietrisico dat de banken nog steeds lopen.
Geen alternatief voor de dollar?
Wel werd ingezien dat het Westen in een soort van
verzadigingseconomie verkeert als gevolg waarvan steeds meer
productie naar het Oosten verhuist mede vanwege de factor
goedkope arbeid. Bij ons zal het accent op kennis moeten worden
gelegd maar daarvoor is te weinig geld beschikbaar, zoals er
straks voor alles minder geld beschikbaar zal zijn. Niet alleen
wij verarmen maar ook in het Oosten krijgt men er een tik van
mee, indien voormalig Witte Huis adviseur professor Roubini
gelijk krijgt door te stellen dat er voor de dollar geen
liquiditeits-alternatief bestaat. Wel noemde hij het alternatief
van de Special Drawing Rights (SDR’s) – een mandje van de
belangrijkste valuta’s - uit te geven door het IMF dat weer een
grotere rol moet krijgen. Daarin komt dan uiteraard ook de
dollar voor en blijft dit middel ‘besmet’.
Steeds meer internationale beleggers zien de bui
hangen en keren zich af van de dollarsfeer, met name van de
bijna niks renderende Treasury bonds. Een lagere dollar is
natuurlijk voor veelal op export georiënteerde Amerikaanse
bedrijven aanlokkelijk, omdat ze goedkoper kunnen exporteren en
concurreren. Dat weerspiegelt zich intussen op de beurs.
Grootste gevaar!
De goedkopere dollar lijkt thans de ideale valuta
om als ‘carry-trade’ te dienen (je leent goedkope dollars om die
elders in de wereld tegen een hoger rendement uit te zetten,
zoals dat ook met de Japanse yen gebeurde). Je zou hierbij
kunnen anticiperen op uitspraken van Harvard econoom professor
Kenneth Rogoff, die wees op het toenemend gevaar van een
Amerikaans ‘default’ (niet meer kunnen voldoen aan de
schuldverplichtingen). Rogoff gaf de volgende ‘statement’ bij
Bloomberg af: ‘there is no question that the most significant
vulnerability as we emerge from recession is the soaring
government debt’ (het staat buiten kijf dat de meest
sugnificante zwakte bij het ontstijgen van de recessie
voortvloeit uit de schrikbarend stijgende overheidsschuld). Hij
vervolgt met: ‘it’s very likely it will trigger the next
crisis as governments have been stretched so wide’ (het is
zeer waarschijnlijk dat dit de volgende crisis zal veroorzaken
daar centrale overheden zich met hun schuldcreatie hebben
overtrokken).
Deze waarschuwingen waren bedoeld om aan de G-20
mee te geven, toen reeds bekend werd dat Obama niet alleen met
de stimuleringen wenste door te gaan maar dit consigne ook
wenste mee te geven aan de andere deelnemers van dit platform.
Tekortengroei
De vraag is niet van de lucht hoe lang deze ‘show’
ongemoeid kan blijven doorgaan. Er moet een ‘point of no
return’ van wonden likken komen, eigenlijk hoe sneller hoe
beter. Er is eenvoudigweg te weinig economisch draagvlak voor
een zodanige groei dat daarmee de schulden weer kunnen worden
ingelopen. Het Amerikaanse tekort ligt intussen op 13% van BBP,
het hoogste niveau sinds WO II. Hoeveel groei is daarmee
bereikt? Ja, net genoeg om uit de recessie te geraken maar dat
is wel een erg dure oplossing. Econoom Martin Feldstein,
eveneens van Harvard, heeft berekend dat de tekorten de komende
tien jaar ‘compounded’ (inclusief financieringsrente)
naar 80% van het BBP zullen oplopen. Dat is ‘nog ver weg’ van de
ruim 200% waar Japan tegen aanhikt, maar daarmee heeft dit land
inmiddels haar eigen toekomst financieel/economisch gepasseerd.
Einde niet in zicht
Daarmee is het nog niet gedaan. Want hoewel de
crash in de residentiële vastgoedsector met ‘aantrekkende’
prijzen lijkt uit te bodemen, blijkt deze bodem onder valse
voorwendselen te zijn gevormd. Het zijn niet zozeer de
huizenprijzen die weer aantrekken maar juist het toegenomen
aantal foreclusures in de duurdere segmenten die ook aan
de beurt komen en nu als het ware het mediane prijsniveau omhoog
stuwen. Volgens de Amherst Securities Group staan er nog
minstens 7 miljoen eigendommen op de foreclosure lijst.
Van enig herstel is dus absoluut geen sprake. In tegendeel, er
dient met een verdere afwaardering (na 36% vanaf de top) in orde
van grootte van nog eens 8 – 10% rekening te worden gehouden.
Althans, volgens Amherst. |